Monday 22 June 2009

Vertrek uit Madrid, tussen Villatobas en Lillo

Hier wordt je helemaal gek van. Was het moeilijk met de fiets Madrid in te komen, er uit komen is zo mogelijk nog lastiger. Madrid is een gigantische stad, bestaande uit allemaal aparte stadjes. Er loopt een zeer uitgebreid stelsel van 'vias verdes' rondom Madrid, ofwel fietspaden. Deze fietspaden kruisen op allerlei plaatsen gewone wegen wat soms heel lastig kan zijn omdat ze dat maar half hebben afgewerkt, dus je moet zeer goed opletten. Op deze fietspaden staan alleen richting verwijzingen naar de wijken van de stad en dan moet je dus beschikken over een uitgebreide plattegrond. Geen enkele verwijzing naar plaatsen in de omgeving en niemand weet iets. Ik heb al mijn orientatiemiddelen moeten inzetten, kaart, zon, kompas, GPS en mij Spaans. Toen ik uiteindelijk toch ergens de naam zag van San Martin de la Vega, een plaatsje ten zuiden van Madrid, heeft een oudere heer op de fiets mij naar een goed orientatiepunt weten te fietsen. Gezellig gekletst onderweg. Nu kon ik weer een routeplan opbouwen. De winkels gaan pas om 9:00 open en dat is wat laat als je met een lege maag moet rijden. De compensatie is dat naar San Martin een uitstekend fietspad ligt en daar uiteindelijk ook wel goede koffie te vinden is. Wat een verademing weer op het 'platte' land te zijn.
Het is een relatief vlakke tocht met maar een paar niet al te hoge heuvelruggen. De weg is recht en saai. Het is enorm benauwd met wel een dunne bewolking. M'n strot schuurt van de warmte en ik drink me helemaal lens. In het cafe waar ik mijn Fantaatjes drink ben ik een bezienswaardigheid door de hoeveelheid en de combinatie met water en ijs. Dat heet niet drinken, dat heet verzwelgen.
Ik moet weer een nachtje wild kamperen want er zijn geen campings. Bij de Rio Tajo kan ik geen schone plek zonder muggen vinden. trouwens even eerder ben ik een politieauto tegen gekomen. Dat is niet vreemd. Maar het gedrag van de ome's agent wel. Toen ze me zagen stoten ze, stapten allebei uit en bleven naast de auto staan. Totdat ik voorbij was. Ze groetten met Hallo ipv Hola. Ik reed na mijn groet natuurlijk gewoon door. Toen ik de pick nick plek bij de Taag aan het inspekteren was, zag ik de politie auto terug komen. Ik denk zo maar dat ze mijn bedoelingen door hadden. Midden in de hoogvlakte stroomt een beekje, daar is een sort vallei met inhammen in de bergjes. Ik inspecteer ze als een hotelkamer. Niets is echt geschikt, behalve als het per se moet. Uiteindelijk kom ik in een geoogst korenveld terecht (wat vroeg trouwens). En na een beetje zoeken vind ik de geschikte bosjes die me helemaal aan het zicht onttrekken. Bij dat inspekteren kwamen er heel vaak trekkers langs. Ook daarvan vermoed ik dat de berijder mijn bedoeling wel door heeft. Volgens mij is de kunst om een plek te vinden waar ze jou niet vinden, zodat je rustig kunt slapen. Ik zet mijn tent ook pas op na het eten, anders is het misschien zonde van de moeite en ik kan de omgeving van de plek langdurig verkennen.
Hier zitten alleen heel grote mieren en een teek heb ik op tijd van me af kunnen plukken.
Verder is het weer een perfecte plek, alleen niet aan stromend water, dat zou het gezelliger maken. Ik heb water voldoende meegenomen, behalve om me te douchen, maar dat komt morgen wel weer. Het is een mooie avond. Ik moet uitkijken voor de teken en verder geniet ik van mijn thee en ben ik tevreden. De afstanden zijn toch nog akelig hoog, vandaag ook weer 118 km gedaan.